De nabestaanden van de 16-jarige scholiere Hümeyra, die in december 2018 werd doodgeschoten op haar school in Rotterdam, reageren vrijdag opgelucht op de uitspraak van het hof. In hoger beroep is de 34-jarige schutter Bekir E. alsnog veroordeeld voor moord en dat stemt de familie tevreden.
"Hümeyra komt er niet mee terug, maar het hof heeft vandaag bevestigd wat de familie vanaf dag een heeft gezegd en dat is dat hier sprake is van moord en geen doodslag. Dus er is opluchting en ze noemen het rechtvaardigheid", zegt advocaat Nelleke Stok namens de nabestaanden.
De familie van het meisje vrezen wel dat de verdediging nog in cassatie gaat tegen de uitspraak. E’s advocaat Yehudi Moszkowicz, die niet bij de uitspraak aanwezig was, hintte tijdens zijn pleidooi al op een gang naar de Hoge Raad. Die hanteert strenge criteria bij de kwalificatie moord. Stolk: "Maar wat het hof vandaag zeer uitgebreid uitsprak is een enorme steun in de rug van de familie. En dat is iets waarmee ze wel verder kunnen."
De nabestaanden kampen met psychische klachten sinds de dood van Hümeyra. "Het gaat slecht, vooral met de vader die toch de man van de familie is. Die stond voor school toen zijn dochter in de school werd doodgeschoten. Dat kan je niet bevatten. Het gaat heel slecht, maar ik hoop wel dat de uitspraak van het hof een steun hun geeft om weer door te gaan met de behandelingen."
De rechtbank in Rotterdam veroordeelde E. in 2019 tot veertien jaar cel en tbs met dwangverpleging voor doodslag, wat leidde tot woedende reacties bij de nabestaanden. "Het was toen een ontzettende klap voor de familie", zegt hun advocaat.
De nabestaanden krijgen geen schadevergoeding toegekend voor hun psychisch letsel, het hof verklaarde de familie niet-ontvankelijk. De advocaat noemt het totaal onterecht dat de familie niet zou voldoen aan de eisen voor het toekennen van zo’n schadevergoeding. Ze onderzoekt in overleg met de familie nog de mogelijkheden om een civiele procedure te starten.
Door: ANP